Virtueel langs de Duitse grens

Virtueel langs de Duitse grens: grenspalen 390-404

Er gaat niets boven de wandelwerkelijkheid van grenspalen bewandelen. Virtueel wandelen is surrogaat. Deze pagina is een appetizer voor het echte werk. Elke maand laat ik een reeks grenspaalfoto's zien. Zo kun je in de loop van de tijd meelopen langs de bijna 900 grenspalen van Vaals tot aan de Dollard. Ik fotografeer alleen de 'hele' nummers, daar tussenin staan nog vele tussenpalen. De eerdere virtuele tochten langs de Duitse grens staan in "Het Archief", evenals alle tochten langs de Belgische grens.
We gaan verder met met de grenspalen 390-404. Onderaan staat het proces-verbaal (in frans) uit 1818 dat het grensverloop beschrijft.

We komen in de Meinweg, een van onze nationale parken. Een afwisseling van bos, hei en beekjes. De hippie-goeroe Mahareshi Yogi (van de transcedente meditatie) heeft hier zijn domicilie gevonden in een voormalig seminarie (± halve km ten w. van gp381). Het was vroeger een gemeenschappelijk gebied (Ghemeijn) van de omliggende gemeenten. In 1818 werd het bij de grensbepaling tussen Nederland en Pruissen opgedeeld al naar gelang de aandelen die de gemeenten hadden.
Door het gebied heen loopt een spoorlijn die België vanaf 1879 moest verbinden met Duitsland via Nederland: de zgn. IJzeren Rijn. Nu wordt deze spoorlijn niet meer gebruikt maar België wil echter de verbinding weer in ere herstellen. Tussen gp390 en gp402 ligt de nooit gebruikte schacht van de staatsmijn Beatrix. Het rechthoekige gedeelte ten oosten van de mijn is ontgonnen vanwege de vruchtbare lössbodem.

gp390 (18 mei 2003)

gp391 (18 mei 2003)

gp392 (30 november 1999)

gp393 (30 november 1999)

gp394 (30 november 1999)

gp395 (30 november 1999)

gp396 (30 november 1999)

gp397 (30 november 1999)

gp398 (30 november 1999)

gp399 (30 november 1999)

gp400 (30 november 1999)

gp401 (30 november 1999)

gp402 (30 november 1999)

gp403 (30 november 1999)

gp404 (30 november 1999)

Het proces-verbaal van het grensverloop tussen Nederland en Pruissen (1818)

Du poteau no. 389, la ligne séparative se dirige vers un angle rentrant sur la Prusse, sur une longueur de 806 verges, 4 pieds, où il a été planté un poteau portant le no. 395 et formant le sommet d'un angle de 64º 10'. Cinq intermédiaires portant les no. 390, 391, 392, 393 et 394, ont été plantés sur cette même ligne.
Puis elle se dirige sur une longueur de 373 verges, 6 pieds, vers le Fossé qui sépare la commune d'Elmpt de la bruyère Meinweg, ou il a été planté un poteau portant le n°. 397. Vu la plantation de l'intermédiaire portant le no. 396.
La démarcation est formée ensuite par le fossé que sépare la commune d'Elmpt de la bruyère dite Meinweg sur une longueur de 514 verges, 3 pieds, sur laquelle ont été plantés quatre poteaux portant les nos 398, 399, 400 et 401.
Du no. 401 la ligne séparative se dirige (en suivant le bas fond) de monticule en monticule, jusqu'à la source d'un ruisseáu dit Elmpterbàch, où il a été planté un poteau portant le n°. 403, un intermédiaire portant le no. 402 a encore été planté auprès des dites monticules.
La démarcation est formée alors par le dit ruisseau Elmpter-bäch jusqu'à une borne en pierre, où il a été planté un poteau portant le no. 406, après avoir planté les poteaux intermédiaires no. 404 et 405.